Poëzie in de bedrijfshal van AEGIR Marine door Wijkse ontwerper en taalspeler André van Zwieten

WIJK BIJ DUURSTEDE Sinds een tijdje hangt er in Hal nummer 3 van het Wijkse bedrijf AEGIR-Marine een gedicht met de titel ‘Syreni’. Het kunstwerk is 18 meter hoog, 7 meter breed en hangt vanaf een hoogte van 14 meter aan de dakspanten, langs een van de wanden. Pluspuntje: het is ook nog eens geluiddempend, waardoor de galm stukken minder is geworden.

Twee jaar geleden kreeg ontwerper/taalspeler André van Zwieten een telefoontje van AEGIR-eigenaar Ruud Muis. „Ik zou graag een tekst van jou in onze nieuwe hal willen hebben. Wat denk je daarvan?” Muis is een poëzieliefhebber, en altijd in voor bijzondere projecten. Hij en Van Zwieten hebben al eerder met elkaar samengewerkt. In de presentatieruimte vind je een gedicht van Slauerhoff ‘Zeekoorts’, uitgevoerd in centimeters dik scheepsstaal. En boven de directietafel hangt een wit reliëf, een enorme kompasroos getooid met een gedicht van Ruud Muis zelf: ‘Hondenwacht’. Over de tekst voor de hal waren beide heren het snel eens. Het zou een ode worden aan het vakmanschap, een verzuchting van een zeemeermin, ‘Syreni’ in het Grieks.

(tekst loopt door onder de video)

SAMENWERKING WIJKSE ONDERNEMERS „Zo’n hal wordt tot op de laatste kubieke centimeter gebruikt,” aldus Van Zwieten. „Je kunt met een kunstwerk het bedrijfsproces niet in de weg gaan zitten.” Ging hij aanvankelijk op zoek naar standaard oplossingen zoals banieren, spanramen en ander materiaal waarop geprint kon worden - niets was mooi genoeg of makkelijk aan te passen voor de plek waar het moest komen. En dus bedacht Van Zwieten zelf iets: een weefwerk van printbaar textiel, gemaakt van gerecyclede spijkerbroeken, in een constructie van buisframe en roestvrijstalen scheringdraden. Geïnspireerd door wat hij zag in het Textielmuseum in Tilburg. Voor de constructie kreeg Van Zwieten hulp van Guido Hees van Nellen Constructies, die het buisframe voorbereidde. En het akoestisch materiaal werd gevonden bij Drukkerij Den Hoed, die meehielp in de voorbereiding van het printproces. In de hal van twintig bij vijfentwintig meter verrees een steigerwerk dat tot aan het dak reikte en werd het kunstwerk in een week tijd geïnstalleerd.

LEF HEBBEN Medewerkers bleven staan, lazen het en reageerden enthousiast. En nu kan het ook aan de bezoekers worden getoond. „Ja, best een stoer project. Je moet niet bang zijn,” knipoogt Van Zwieten. „Maar je opdrachtgever moet ook lef hebben, toch?”