Teamvoorzitter Begeleiding & Ondersteuning Trudie van de Kant
Teamvoorzitter Begeleiding & Ondersteuning Trudie van de Kant ReviusWijk

Drie op een Rij: Trudie van de Kant van ReviusWijk over begeleiding van jongeren die vastlopen

28 juni 2021 om 14:51 Zorg

WIJK BIJ DUURSTEDE Voor de rubriek Drie op een Rij vragen we drie verschillende mensen om hun mening te geven over hetzelfde onderwerp. Deze week is het thema: wachttijden in de jeugdzorg. De gemiddelde wachttijd voor jongeren bedraagt zo’n tien maanden. Wat merken ze hiervan bij scholen, jongerenwerk en professionele hulpverlening. Teamvoorzitter Begeleiding & Ondersteuning van ReviusWijk, Trudie van de Kant, Marijke de Leeuw van Pedagogenpraktijk Theysmeyer en Ytsje Weerman, jongerenwerker bij Stichting Binding vertellen over hun ervaringen vanuit de praktijk. In deel 1: Trudie van de Kant.

door Ali van Vemde

„Net als veel scholen in Nederland hebben wij ook leerlingen die vastlopen,” vertelt Van de Kant. „Dat varieert tussen minder ernstig en heel ernstig. Wanneer een jongere hulp nodig heeft, kunnen wij in eerste instantie op school een en ander betekenen in de begeleiding, maar soms gaat de problematiek dieper dan waar wij voor opgeleid zijn. Dan schakelen we Stichting Binding in (of een ander sociaal team, afhankelijk van waar de jongere woont). Zij maken een inschatting van wat nodig is, en adviseren een vervolgtraject. Ja, en soms duurt dat lang. In enkele ernstige gevallen is er toch een wachtlijst van een week of 8 voordat de professional tijd heeft. Stichting Binding zet dan in de tussentijd een jeugdhulpverlener in om te overbruggen. Fijn dat ze dat doen, want dan is de jongere en zijn/haar gezin niet helemaal aan zichzelf overgelaten.”

GROTE ZORG VOOR OUDERS „Voor de jongeren en hun omgeving betekent dit logischerwijze een flinke druk op de jongere, op het gezin, op de klas en vaak ook de vriendengroep,” zo weet Van de Kant. „We hebben het bijvoorbeeld over ernstige klachten zoals depressiviteit, stress, spanningen thuis. Niet niks voor iemand van die leeftijd, maar ook een grote zorg voor de ouders. Soms komt het naar school gaan daardoor in gevaar of stopt het zelfs. Wij blijven dan wel in contact met ouders en hulpverleners, tenslotte zijn en blijven wij verantwoordelijk voor het onderwijs aan onze leerlingen. Dat contact wordt over het algemeen als heel prettig en zinvol ervaren.”

ANDERE PROBLEMEN „Tot de coronacrisis hadden we een paar leerlingen per jaar die deze extra zorg en psychologische ondersteuning nodig hadden, maar het laatste jaar is dat wel toegenomen. Er zijn andere problemen bijgekomen, zoals ernstige motivatieproblemen, sociale angsten en andere fobieën. Ook hebben jongeren met autisme soms last van de grotere onzekerheid en de wisselende werkwijzen en regels ten aanzien van corona. Daarnaast zien we een toename van het aantal jongeren dat gameverslaafd is of blowt, dat geeft weer andere zorgen. Maar gelukkig kunnen we wel zeggen dat – in verhouding – het aantal echt ernstige situaties beperkt is.”

HULP VAN SCHOOL ReviusWijk helpt waar mogelijk. „De school spant zich in, door middel van tutoren, leerlingbegeleiders, leerhuisassistenten en contacten met hulpverleners, om deze groep jongeren zo goed mogelijk te ondersteunen, met maatwerk waar dat kan. Zo hopen we de tijd tot de behandeling te overbruggen. Men moet echter ook beseffen dat een behandeling ook geen tovermiddel is: voordat er effect optreedt en de problemen beter hanteerbaar worden, gaat er vaak veel tijd overheen. Soms betekent dat doublure (zittenblijven) omdat er onvoldoende energie is overgebleven voor het schoolwerk. Als de zorgen bij een leerling groot zijn, heeft hij/zij immers geen ruimte meer om te leren.”

SIGNALEREN „Wij staan als Revius Wijk dicht bij de jeugd. Als we signaleren dat er een jongere is die dringend hulp nodig heeft, gaan we met hem/haar in gesprek, betrekken we ouders/verzorgers hierbij en adviseren we over de beste aanpak. Dat zal in een aantal gevallen op school kunnen door tutoren en leerlingbegeleiders en door de twee orthopedagogen die wij in dienst hebben, maar soms ook beter buiten school. Dan verwijzen we door naar Stichting Binding of raden we aan om de huisarts te betrekken. We blijven ook dan met ouders en jongere in contact, en vaak ook hebben we – met toestemming – contact met de hulpverleners. Zij kunnen ons dan weer adviseren over de beste benadering op school. Dat noemen we ‘handelingsadviezen’. Uit ervaring (en gezond verstand) weten we dat het voor het proces het beste is als alle partijen in goed overleg samenwerken. Gelukkig gebeurt dat ook vrijwel altijd.”

„En in de meeste gevallen komt het goed. Door de inspanningen van de jongere en zijn/haar omgeving, maar ook door ons team. Daardoor voelen wij weer dat we zinvol werk doen. Hoe fijn is dat!” besluit Van de Kant.

advertentie
advertentie